woensdag 26 oktober 2011

Documenteren van kunstzinnige therapie


Op de website van het lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg aan Hogeschool Leiden is het volgende bericht over ‘Documentatiemethoden van de Kunstzinnige Therapie’ geplaatst:

‘Binnen de ontwikkeling van Evidence Based Medicine wordt ook van de kunstzinnige therapie verwacht dat zij de therapeutische processen op kwaliteit, veiligheid, en (kosten)effecten monitort. Om het bestaansrecht van de kunstzinnige therapie te behouden en te verbreden is het nodig om zowel therapie-effecten (“dat het werkt”) als therapie-rationale (“hoe het werkt”) voor te leggen aan diverse stakeholders.

Onder de stakeholders (verzekeraars, zorgmanagers, collega’s, cliënten, beleidmakers, etc.) heerst nog veel onbekendheid met kunstzinnige therapie. Verdere professionalisering van de kunstzinnige therapie wordt ondersteund door het kunnen aanleveren van de juiste informatie aan elke stakeholder.

Voor het aantonen van de effectiviteit is het nodig om zoveel mogelijk gegevens (data) te verzamelen van de gegeven therapieën. Dit kan onder meer door middel van het gestructureerd documenteren van cases.

Kunstzinnig therapeuten houden in meer of mindere mate een dossier bij per cliënt. Het is echter onduidelijk of dit op een uniforme wijze gebeurt, of dit gebeurt volgens een getoetste methode en of met de vastgelegde informatie alle verschillende stakeholders op de juiste manier bediend worden. Gebaseerd op oriënterend onderzoek, o.a. in Duitsland uitgevoerd (Sinapius, 2007), wordt momenteel aangenomen dat dit alles niet voldoende van toepassing is.

Onderzoek naar verschillende documentatiemethoden

Na afstemming met de NVKToag [de Nederlandse Vereniging voor Kunstzinnige Therapie op antroposofische grondslag, red.], is bij het lectoraat, in samenwerking met Ottersberg Hochschule en de Alanus Hochschule, een project gestart waarin onderzoek wordt gedaan naar de documentatiemethoden die in de kunstzinnige therapie gebruikt worden.

Met documentatiemethoden wordt bedoeld: de manier waarop de therapeut verschillende aspecten van de cliënt en de therapie bijhoudt. Dossiervorming en casusbeschrijving zijn andere verwante benamingen.

Een deel van het onderzoek richt zich op het in kaart brengen van wat er al is aan documentatiemethoden en wat er gebruikt wordt: door kunstzinnig therapeuten in Nederland, in het buitenland en door aanverwante beroepen zoals de vaktherapie.

Het andere deel van het onderzoek richt zich op de zogenaamde stakeholders: de partijen die belang hebben bij documentatie van de therapie. Dat zijn bijvoorbeeld collega-therapeuten, verwijzende artsen, verzekeraars, beleidsmakers, patiënten en KT docenten- en studenten. Aan deze partijen wordt gevraagd welke informatie over de therapie zij nodig hebben en in welke vorm.

De eerste stappen van dit onderzoek zijn inmiddels gezet: door middel van een online-enquête onder de leden van de NVKToag is onderzocht wat kunstzinnig therapeuten documenteren, hoe ze dat doen, voor wie ze dat doen en met welke doelen.

De enquête is inmiddels afgerond en de resultaten worden momenteel verwerkt. Ruim 75 kunstzinnig therapeuten hebben deelnomen en een aantal therapeuten hebben zelfs hun eigen formulieren – die zij gebruiken voor therapiedocumentatie – opgestuurd naar de onderzoeker, wat een goede bijdrage aan het onderzoek zal leveren.

De uitkomsten van dit onderzoek vormen uitgangspunten voor een promotietraject rondom dit thema.’

Geen opmerkingen:

 
Site Meter