.
Afgelopen zomer heeft de NVAZ de werving en coördinatie verzorgd aangaande de voortzetting van zowel de Bernard Lievegoed Leerstoel (Vrije Universiteit Amsterdam) als het Lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg (Hogeschool Leiden). De leden en enkele fondsen zijn benaderd (mede met dank aan Merlijn Trouw) en de uitkomst is dat beide onderzoeksprogramma’s een vervolg krijgen. Dit getuigt van een stevig, gezamenlijk draagvlak om onderzoek in het werkveld Antroposofische Gezondheidszorg te bevorderen en ontwikkelen. De activiteiten in de komende jaren zijn nog niet bekend, aangezien de vaststelling van de nieuwe onderzoeksprogramma’s nog niet definitief is. Daarom volgt nu een globale toelichting op de werkzaamheden van Hans Reinders (hoogleraar VU) en Erik Baars (lector HL).Allereerst ee

Als we terugblikken naar de grootste verdiensten van de afgelopen jaren noemt Reinders dat het werk van de leerstoel goed heeft ingespeeld op een verschuiving in de agenda va
Dit schept natuurlijk nieuwsgierigheid naar de lijn die uitgezet is voor de volgende periode. Voor het lectoraat worden drie belangrijke pijlers genoemd. Het ontwikkelen van transparante zorgproducten, het monitoren van veiligheid, kwaliteit en (kosten)effectiviteit en tot slot het publiceren over de beroepspraktijk, de wetenschappelijke verantwoording en de innovatie van de opleidingen. Reinders geeft aan dat het voor de hand ligt de ingeslagen weg te willen vervolgen. Voor de leerstoel is het sleutelbegrip bij uitstek 'verbinding', als het hart van elke zorgpraktijk. De betekenis daarvan gaat echter verder dan de zorgpraktijk, want ook maatschappelijke processen die gericht zijn op inclusie en participatie slagen niet zonder dat mensen zich met elkaar verbinden. Ook noemt hij dat voor de ontwikkeling van het beleid nieuwe wegen gezocht moeten worden. De overheersende dwang van bureaucratie laat zich vooral voelen in een geringe aandacht voor intermenselijke verhoudingen. Een ombuiging van beleid vraagt daarom om hernieuwde waardering voor de ethische betekenis van verbinding.
Beide onderzoekers kijken uit naar het vervolg van hun werkzaamheden. Ook geven zij aan dat wederzijde ontmoeting en samenwerking zijn vruchten zal afwerpen voor de zichtbaarheid en ontwikkeling van de antroposofische gezondheidszorg. In een volgende editie van De Digitale Verbreding wordt daarom een gezamenlijk interview gepubliceerd waarin zij toelichting geven op de onderzoeksprogramma’s.
.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten