vrijdag 11 februari 2011

Gezondheidsbevordering PAG-breed


Op 19 januari van dit jaar werd er in Driebergen een ‘PAG-breed’ bijeenkomst gehouden, voor iedereen die betrokken is bij een vorm van antroposofische gezondheidszorg. Als thema was gekozen voor ‘Gezondheidsbevordering in de antroposofische gezondheidszorg’, met als onderliggende vragen ‘Hoe is dat nu verweven met de antroposofische zorgpraktijk? Hoe zichtbaar is dit? Is een andere koers gewenst?’

In 2009 was er een eerdere algemene bijeenkomst van het Platform Antroposofische Gezondheidszorg (PAG) met als thema ‘Maatschappelijke zichtbaarheid’. Zie de eerdere bijdragen ‘PAG-bijeenkomst “Maatschappelijke Zichtbaarheid”’ en ‘De antroposofische gezondheidszorg anno 2009’. In het PAG komen vertegenwoordigers bijeen van de zorgaanbieders, de landelijke patiëntenvereniging, het landelijk ouderverbond, de opleidingen, het onderzoek, de geneesmiddelenproducenten, allen die betrokken zijn bij het veld van de antroposofische gezondheidszorg.

In de bijeenkomsten van het PAG het afgelopen jaar werd aandacht besteed aan vraagstukken rond de identiteit en profilering van de antroposofische gezondheidszorg. Profileert zij zich als ‘regulier plus’ of als integratieve of als duurzame gezondheidszorg? Ook de preventieve kant van de zorg is besproken. Het begrip preventie bleek veel verschillende betekenissen te hebben en ook verwarring op te roepen.

Gezondheidsbevordering is een thema dat in de gehele gezondheidszorg veel aandacht heeft. Dit thema werd kort ingeleid door Erik Baars vanuit de onderzoeksresultaten en tevens vanuit patiëntenperspectief. Najaar 2010 vond een bijeenkomst plaats met als titel ‘Impulsen voor een toekomstige gezondheidszorg’, voortgekomen uit een samenwerkingsverband van de Netwerkuniversiteit, Weleda NV en de Iona Stichting. Zie ook ‘Bouwstenen voor een toekomstige gezondheidszorg. Invitational Conference 10 september’. De gecomprimeerde resultaten van deze bijeenkomst zullen verschijnen in de vorm van een manifest. Hierin komen elementen tevoorschijn die voor het thema gezondheidsbevordering van belang zijn. Hans Nijnens bracht deze elementen van het manifest naar voren.

In de Grote Tuinzaal van Antropia was maar een klein en select gezelschap van 25 aanwezigen bijeengekomen, maar dat maakte er de discussie na afloop van de inleidingen niet minder interessant op. PAG-voorzitter Ted van Schie trapte af, waarna Truida de Raaf refereerde aan de vorige PAG-breed met Jeroen Lutters, waarbij het ging over de verschillende huidige generaties. En aan het feit dat je de antroposofische gezondheidszorg niet meer zo kunt presenteren als vijf jaar geleden. Zoals die bijvoorbeeld destijds in een flyer werd getypeerd als ‘aanvulling voor iedereen’. Al gauw trad Erik Baars naar voren, de lector Antroposofische Gezondheidszorg aan Hogeschool Leiden, met een bijdrage die gedeeltelijk zou overlappen met zijn presentatie op de lectoraatsdag in november, zei hij er verontschuldigend bij.

Hij begon met de definiëring van wat gezondheid is, en dat deze verbeterd zou moeten worden. De oude stamt namelijk nog uit 1948; eind 2009 werd hiervoor een internationale bijeenkomst georganiseerd door de Gezondheidsraad en ZonMW. Van oudsher stamt het idee dat ziekte bestreden moet worden.

Maar het kan ook anders. Idealiter staat de gezondheid centraal, met daar omheen zulke elementen als fysieke aanpassing en vitaliteit, ‘resilience’ (weerstandsvermogen), salutogenese (zelfhelend vermogen), ‘role taking’ (eigen verantwoordelijkheid nemen). Vanuit deze blikrichting opgevat is gezondheid dynamische zelfregulatie op drie niveaus, waarbij ook een lerend vermogen is inbegrepen:

Fysieke zelfregulatie: ontsteking, soms met koorts, en ritmen.
Psychosociale zelfregulatie: vaardigheden op emotioneel en sociaal gebied.
Betekenisgeving: zelfregulatie in de biografie, levensdoelen stellen en hulpbronnen aanboren.
Maar is er ook bewijs in de bestaande wetenschappelijke literatuur op deze drie niveaus? Jazeker, zei lector Erik Baars. Hij gaf enkele voorbeelden:
– koorts in relatie tot kanker,
– koorts en ontsteking in relatie tot allergische aandoeningen (ziek worden om later gezond te kunnen zijn, bijvoorbeeld op een zorgboerderij in contact komen met onzuivere stoffen, waardoor later minder antibioticagebruik nodig is),
– Sense of Coherence en gezondheid: sterke relatie aan de psychische kant met kwaliteit van leven, minder ziekte en dood, tot 30% minder bijvoorbeeld bij hart- en vaatziekten en kanker,
– betekenisgeving: evenzo een sterke correlatie met kwaliteit van leven.
Wat betekent dit voor het patiëntenperspectief? Het onderstreept het belang van de competente patiënt, die zoveel mogelijk zelfsturend is, door:
– ziekte als opgave te zien,
– eigen doelen te stellen,
– autonomie te bewaren,
– zich te bezinnen op mogelijkheden
– en actief bronnen hiertoe te benutten.
Wat is de antroposofische bijdrage aan het patiëntenperspectief? Enkele voorbeelden:
– terughoudend beleid inzake koortswerendheid en antibiotica,
– zelfregulerende vaardigheden ontwikkelen voor lichaam, psyche en betekenisgeving,
– veel ervaring met professionele integratie van ziektebestrijding en zelfregulatie.
In de antroposofische zorg is veel kennis en expertise aanwezig op deze gebieden. Deze combinatie van kennis en expertise mag wel uniek worden genoemd. Nu gaat het er om die eigen bijdrage zichtbaar te maken en in te brengen, zowel op conceptueel als professioneel niveau. Dat zal meehelpen aan een duidelijke profilering en positionering.

Vervolgens gaf Hans Nijnens een terugblik op het symposium van 10 september 2010, over bouwstenen voor de toekomst van de gezondheidszorg. Hij bracht drie niveaus van verandering ter tafel: inhoud, organisatie en financiën.

Wat inhoud betreft: voorkeur voor een gezondheidsbevorderende benadering in plaats van een ziektebestrijdende. Maar wel door goed onderzoek te doen naar de bronnen hiervan; academisch onderzoek heeft merendeels een ander accent. In de filosofische hoofdstromingen zijn verschillende wetenschapsbenaderingen te onderkennen. Het gaat om humanisering van de zorg, in plaats van medicalisering van de zorg.

Wat organisatie betreft: de emancipatie van de patiënt is slechts tot de helft gevorderd. Naast rechten hebben patiënten ook plichten. Zoals verantwoordelijkheid voor de eigen gezondheid; die kan een nieuwe solidariteit kweken. Ook de beroepscode zou hieraan moeten worden aangepast.

Wat financiering betreft: het individualiseringsproces en het eigen keuzes maken is een feit. Daarbij zou ook het fors verhogen van de eigen bijdrage horen, en juist minder bijdragen aan de collectiviteit. Nu is het nog zo dat de kwantiteit wordt gefinancierd, in plaats van de kwaliteit. Er kan steeds meer, technisch gesproken. Dat roept de vraag op: wat nog wel en wat niet meer? Dus moeten er echte ethische keuzes gemaakt worden.

Na de pauze barstte de discussie los. Er werden drie stellingen over gezondheidsbevordering ingebracht:

1. zelfregulatie op drie niveaus is al aanwezig in de antroposofische gezondheidszorg,
2. kan nog meer ontwikkeld worden,
3. kan nog meer geprofileerd worden – maar hoe is deze zichtbaar en vindbaar te maken?
De aanwezigen gaven enkele goede voorbeelden: in Noord-Holland gaat men om de tafel zitten als vrijschool, therapeuticum en ambulante GGZ-begeleiding, om te kijken wat men voor elkaar kan betekenen en ook om indien nodig naar elkaar te verwijzen.

De Nederlandse Vereniging van Antroposofische Artsen plaatste tijdens de Pink Ribbon-campagne een kleine advertentie over borstkanker, en verwees voor het uitgebreide verhaal naar de eigen website, waar speciaal meer hierover was te vinden. Heel recent is het voornemen geboren om de vaccinatiebrochure van het Centrum voor Sociale Gezondheidszorg integraal online te zetten.

Hans Nijnens benadrukte het altijd onderbouwen van je beweringen met wetenschappelijk materiaal. Erik Baars onthulde dat er recent subsidie is verkregen voor de ontwikkeling van zorgprogramma’s. Daarmee zal de herkenbaarheid van de eigen zorgverlening, inclusief indicaties, een grote stimulans kunnen krijgen. De subsidie is speciaal voor hogescholen die praktijk en theorie weten samen te brengen. Het lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg heeft op dat gebied heel wat te bieden.

Michel Gastkemper

Geen opmerkingen:

 
Site Meter