woensdag 25 mei 2011

De Digitale Verbreding, uitgave 19, van 25 mei 2011


Inhoud

Van de redactie
Nieuw elan bij de NVAZ (verslag Algemene Ledenvergadering op 5 april)
Eliant-handtekeningen aan Europese Commissie aangeboden
Pim Blomaard over zijn onderzoek naar de zorgrelatie
Column Hans Reinders: De schaal van Boelhouwer
Nieuwsberichten
Nieuws van het Lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg
Opleidingen en interdisciplinaire nascholingen
Nieuwe boeken
Aankondigingen
Vacature

Wilt u de tekst printen, klik dan hier voor een pdf.

Bron afbeelding Pinksterbloem: http://oogwandeling.blogspot.com/2010/05/pinksterbloem.html

Van de redactie


Het secretariaat van de NVAZ draait op volle toeren. Een van de belangrijkste taken is het continueren van de verbeterde dienstverlening, zowel qua administratie als de service naar de leden. Gelukkig is hiervoor ook uitbreiding en versterking gekomen met de komst van Annemieke Hald. Want zo is de relatie met de zorgverzekeraars en het contact hierover met de leden bijvoorbeeld een arbeidsintensieve taak. En zijn er daarnaast genoeg andere NVAZ projecten die met aandacht en voortvarendheid gefaciliteerd en gecoördineerd worden.

In opdracht van het bestuur van de NVAZ – dat overigens goed op dreef is en al veel werk verzet heeft, zie verderop bij verslagen ALV – wordt er binnenkort een start gemaakt met de ontwikkeling van een nieuwe en beter toegankelijke website. In het verlengde daarvan zal ook de vorm en de frequentie van de Digitale Verbreding onder de loep genomen worden. Zodra hierover meer bekend is, berichten wij u natuurlijk verder.

De laatste ALV was op 5 april. In het sfeerverslag kunt u onder andere lezen over de plannen van het bestuur en de (deels) uitgezette koers. Ook is het feitelijke conceptverslag als pdf-document hier te downloaden, zodat u weer helemaal op de hoogte bent.

Wij wensen u veel leesplezier met deze nieuwe editie van De Digitale Verbreding!


Bron afbeelding Jong berkenblad: http://oogwandeling.blogspot.com/2010/05/nieuw.html

Nieuw elan bij de NVAZ


Was het op 23 november 2010 nog ‘NVAZ in herstel’ (waarvan in de vorige De Digitale Verbreding op 11 februari verslag werd gedaan), kan voor de Algemene Ledenvergadering op 5 april eerder het adagium ‘Nieuw elan bij de NVAZ’ gelden. Dit keer te gast op Kraaybeekerhof, in nog kleinere kring dan de vorige keer, wat uiteraard tot de nodige bezorgdheid aanleiding gaf – maar voor het elan vormde dit geen belemmering. Het hing zeker met de nieuwe bestuurssamenstelling samen: nieuwe bestuursleden die de zaken fris bekijken en behandelen willen.

Eerst diende echter de stand van zaken van de NVAZ in 2010 doorgenomen te worden. Het bleek dat het vooruitzicht van eind 2010 was bewaarheid: het financiële verlies was intussen omgebogen in winst, waarna ook het eigen vermogen van negatieve naar positieve cijfers kon worden omgezet. De omvorming betrof tevens verlaging van de contributie. De voorzitter herhaalde weer wat hij ook de vorige keer had verteld: dit alles was slechts mogelijk geweest door het royale gebaar van de Zonnehuizen om de NVAZ te hulp te schieten en haar diensten aan te bieden. Hij betreurde zeer dat de Zonnehuizen momenteel zelf in zwaar weer verkeren.

Van opgeruimd karakter was het tweede deel van de avond. Hier namen de nieuwe bestuursleden het voortouw. Mieke van de Goorbergh, Pim Blomaard en Age van der Veer (Frans Broekhuizen had zich deze vergadering moeten verontschuldigen) hadden samen met de zittende twee bestuursleden Madeleen Winkler en voorzitter Bert Vroon een tweetal inhoudelijke bestuurssessies gehad, om zich weer op de toekomst te kunnen richten en op waar het de NVAZ eigenlijk om begonnen is. Ze wilden hier niet zomaar over vertellen, maar nog veel liever van de aanwezige leden horen waar de NVAZ gezien hun noden eigenlijk voor is. Daartoe werd de ledenvergadering ingericht in vier kleine gespreksgroepjes die thematisch waren samengesteld.

Pim Blomaard had eerder het beeld geschetst van de NVAZ als ‘open huis’ met een groot portaal en veel ramen. Een aantal serres bood een open blik op de omgeving. Ook een kleine dakafdeling bovenin had veel ramen; hier was plaats voor onderzoek. Geen grote eigen afdeling, maar wat er in het veld gebeurde wel gelieerd aan de NVAZ. Een ontmoetingsplaats die plaats biedt aan onderzoek, kwaliteit en expertise die niet alleen de antroposofische zorg ten dienste zouden moet staan, maar de hele gezondheidszorg.

Het thema dat Age van der Veer inbracht was netwerken. Het eerste en belangrijkste netwerk voor hem was de NVAZ zelf. Die zou een goed functionerende infrastructuur hiervoor moeten faciliteren. Bij de Lievegoed Zorggroep had hij de ervaring opgedaan dat tientallen locaties tot losse, geïsoleerde vestigingen kunnen leiden die ieder op zich zeer kwetsbaar zijn. De NVAZ vertoont een soortgelijk beeld, terwijl allen elkaar juist heel hard nodig hebben. Eerst zal er aan de behoefte van de leden moeten worden voldaan; de NVAZ moet hun een meerwaarde bieden. Die kan liggen in een website, in informatie over eigen projecten en mogelijke verwijzers.

Madeleen Winkler bekommerde zich om de zichtbaarheid en herkenbaarheid van de antroposofische zorg. Hoe doe je dat, hoe bewerkstellig je die? Niet alleen lokaal en regionaal, maar ook landelijk en zelfs Europees. Gewoon feitelijke gegevens, met aantallen en adressen, daarnaast tevens kwaliteitsbeschrijvingen die niet alleen zorgvragers, maar ook verzekeraars en de politiek een duidelijk verhaal vertellen. De toegankelijkheid van informatie verdient verbetering.

Mieke van de Goorbergh ten slotte wierp zich op de opleiding: waar is behoefte aan in de opleiding en wat heb je te bieden? Zij kon daarbij terugvallen op het recent in gang gezette project ‘Opleiding in verbinding’.

De hamvraag voor alle aanwezigen was wat als het belangrijkste voor de komende twee jaar werd gezien. Met daar meteen de concrete vraag aan gekoppeld voor de eigen lidinstelling: wat kan jouw organisatie daaraan bijdragen? Van de vier gespreksgroepen werd er een bestemd voor beroepsverenigingen, een voor therapeutica en twee voor instellingen. Dat gaf een bont palet aan concrete mogelijkheden en wensen. Door gespreksleider Madeleen Winkler werd dit palet kunstig teruggebracht tot een drietal (of eigenlijk vier) kernpunten, die ook al aan het begin stonden en in de nieuwe bestuurssamenstelling geformuleerd waren: ‘open space’, modern netwerk en zichtbaarheid. Met als vierde punt opleiding en continuïteit.

Geen slecht resultaat. Vooral niet gezien de stemming, die deze avond fris en hoopvol was. Nu zal dit nieuwe bestuur, uiteraard met behulp van de leden – zoals het niet moe werd te benadrukken – het getoonde nieuwe elan nog moeten waarmaken en concretiseren op een wijze waarbij die leden zullen willen instappen. Maar het begin is gemaakt!

Michel Gastkemper

Eliant-handtekeningen aan Europese Commissie aangeboden


Vrijdag 13 mei heeft een delegatie van de ELIANT NGO’s aan de Europese Commissie de meer dan 1 miljoen handtekeningen van EU burgers overhandigd, alsmede het daartoe opgestelde verzoekschrift (memorandum). In dit memorandum wordt de Europese Commissie uitgenodigd actie te ondernemen op 15 punten, ter ondersteuning van initiatieven op het gebied van toegepaste antroposofie, zoals geneeskunde en volksgezondheid, biologisch-dynamische landbouw, onderwijs, gehandicaptenzorg en (kinder & jeugd-)psychiatrie.

De delegatie werd ontvangen door EU-commissaris John Dalli (Gezondheid en Consumentenbescherming) die de handtekeningen en het memorandum in ontvangst nam. Michaela Glöckler, hoofd van de internationale antroposofische medische sectie, lichtte de actie toe met een uitleg over de betekenis van het woord antroposofie. Ze schetste het ontstaan van de antroposofie vanuit het Duits Idealisme en de ontwikkeling van de verschillende werkgebieden hieruit na de Eerste Wereldoorlog. Met als slotsom: ‘We richten ons op de kwaliteit van het menselijk leven, door interdisciplinair samen te werken aan projecten gericht op de samenleving, vanuit een idealistische filosofie’.

Elke vertegenwoordiger van een antroposofisch werkgebied gaf daarna een korte toelichting op de gevraagde acties. Commissaris Dalli: ‘Ik zal serieus kijken naar het verzoek om maatregelen ter ondersteuning van de verschillende aspecten van de toegepaste antroposofie. Het verzoek is geïnspireerd door art 11 van het Lissabon-Verdrag en de onlangs aangenomen verordening inzake burgerinitiatieven. Toegepaste antroposofie draagt bij aan de doelstelling van de Europese Commissie om verantwoorde innovatie (EU-strategie 2020) te bevorderen. Het biedt een geïntegreerde en holistische benadering voor een gezonder leven voor alle burgers.

Wij steunen de hoogst mogelijke kwaliteit van landbouw. Er moet een evenwicht komen zodat de biologische landbouw wordt beschermd, ontwikkeld en niet overruled. Aspiraties van burgers voor kwaliteit moeten niet verstoord worden. Het is interessant om te zien hoe uw beweging zich in Europa heeft ontwikkeld – er zijn 100 miljoen mensen bij betrokken, dat is 20% van de EU-bevolking.

Ik ben geïnteresseerd in de holistische benadering waarbij alle aspecten van het leven betrokken worden. Dit probeert de Europese Commissie te stimuleren. Ik ben geïnteresseerd in uw projecten en de integratie daarvan in de samenleving. Ik zal graag een uitnodiging aanvaarden om een voorziening of ziekenhuis te bezoeken.’

Het gesprek vond plaats in een geïnteresseerde en hartelijke atmosfeer. Na afloop vonden nog persoonlijke uitwisselingen plaats tussen medewerkers van Dalli’s kabinet en de aanbieders van de handtekeningen.

De Nederlandse website www.eliant.nl sluit op 1 juni 2011; zie dan verder www.eliant.eu

Bron: http://www.eliant.nl/

Pim Blomaard over zijn onderzoek naar de zorgrelatie


‘Hoe beter je weet hoe het met jezelf gaat, hoe beter je kunt hanteren hoe het met de ander gaat’

Jan Verweij

Op 6 december verdedigde Pim Blomaard , lid van de Raad van Bestuur van de Raphaëlstichting en bestuurslid van de NVAZ, aan de Vrije Universiteit in Amsterdam zijn proefschrift over de persoonlijke relatie als kern van de begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking. De dissertatie werd begeleid door Prof.dr. Hans Reinders, hoogleraar ethiek aan de faculteit der Godgeleerdheid en als bijzonder hoogleraar houder van de Bernard Lievegoed leerstoel.

Een gesprek over deugden, innerlijke kwaliteit en wederkerigheid in de zorgrelatie. ‘Wil je de relatie met de ander verzorgen, dan is een belangrijke voorwaarde dat je de relatie met jezelf verzorgt. Die koppeling is denk ik veel sterker dan we hem vaak zien.’


Hoe is de onderwerpkeuze tot stand gekomen?

Pim Blomaard: ‘Ik was wel benieuwd naar de antroposofische visie op de zorgrelatie. Ik wilde dat aanvankelijk uitwerken door me helemaal historisch te verdiepen in Steiner. Het heeft zich verbreed naar de zorgrelatie in het algemeen. Mijn persoonlijk motivatie is ook dat je – als je spreekt over ‘de zorg’ – in een soort basisdiscussie belandt die je overal tegenkomt. Namelijk of je iets uiterlijk of innerlijk benadert. Dat geldt ook voor kwaliteit. Je kunt kwaliteit uiterlijk benaderen door te kijken: is je zorgplan op orde, doe je wat erin staat? Maar of dat nou betekent of de persoon in kwestie geholpen is of een ontwikkeling doormaakt... dat is nog maar helemaal de vraag.

Bij innerlijke kwaliteit vraag je jezelf af: sluit je echt aan, komt de persoon echt verder in wat hij wil zijn? En dat geldt ook voor het thema relatie. Heb je ook innerlijk respect voor de persoon die je begeleidt; neem je de persoon altijd in zijn waardigheid ‘mee’? Daar moet je iets voor doen, daar heb je iets voor nodig. Filosofisch gesproken is de vraag: kun je ander mens (zoals jij hem ziet) überhaupt nabij komen? De huidige filosofie zegt: de andere mens bestaat niet; hij is alleen maar een projectie van jezelf; een geconstrueerd beeld.

In de antroposofie leeft het ideaal dat je wel degelijk dichter bij de ander kan komen. Je hebt bijvoorbeeld het ‘inlevend waarnemen’ van Albert de Vries. Wat ik beschrijf in mijn proefschrift is, dat door te oefenen aan reflectie, maar ook aan onbevangenheid en empathie, je stappen kunt zetten om die ander te naderen. Wil je dat kunnen, dan moet je heel erg veel in jezelf doen; je moet op een bepaalde manier aan jezelf werken om de ander toegankelijk te maken. Dat is eigenlijk heel vreemd. Wil je de relatie met de ander verzorgen, dan is een belangrijke voorwaarde dat je de relatie met jezelf verzorgt. Die koppeling is denk ik veel sterker dan we hem vaak zien.’

En hoe zou je dat kunnen doen?

Bijvoorbeeld door te reflecteren. Het raadsel waar je mee te maken hebt (wie is de ander? kan ik daarbij?) die spiegelt met de vraag: kan ik bij mezelf? heb ik wel een beeld van mezelf? hoe weet ik nou wie ik zelf ben? Dat begint al met de vraag: hoe kan ik überhaupt mezelf sturen? Hoe meer je weet hoe het met jezelf gaat, hoe meer je bewust kunt hanteren hoe het met de ander gaat.

In de literatuur wordt er in de laatste 20 jaar steeds meer aandacht aan besteed. Kijk bijvoorbeeld naar de begrippen zelfmanagement, geweldloze communicatie, validation, inlevend waarnemen, gentle teaching, enz. Je moet heel erg goed leren waarnemen om te voorkomen dat je steeds jezelf blijft zien. In de literatuur heet dat ‘de terreur van hetzelfde’. Je komt overal jezelf tegen. De vraag is dan: hoe leer je jezelf terug te houden?

Dat ‘zelfmanagement’ leeft nu enorm. Er zijn allerlei manieren om daarmee aan de slag te gaan. In het kader hiervan wijs ik in mijn proefschrift op een aantal deugden en vermogens: eerbied, onbevangenheid, gelijkmoedigheid en verantwoordelijkheid. Van deugden – misschien is ‘eigenschap’ of ‘houding’ een beter woord - kun je nooit genoeg hebben. Iedereen heeft ze, maar je kan ze versterken of je kan ze verzwakken. Aristoteles zei al: als je ze niet oefent, dan verzwakken ze. Als je er geen aandacht aan besteed, dan raak je ze langzamerhand kwijt.

Kun je een voorbeeld noemen?

Neem: gelijkmoedigheid. Iedereen kent het dat je door een gebeurtenis van de rel bent waardoor je enige tijd niet in staat bent om gewoon te functioneren. Stel even ... agressie: iemand is abnormaal agressief. Dat heeft enorme impact op je gevoel. De kunst is dus om het gedrag wat iemand vertoont ook nuchter te kunnen zien in wat het is. Dat betekent niet dat je die gevoelens moet wegpoetsen, maar dat je ook moet proberen te kijken in wat er zich aan je voordoet. Belangrijk is om een inspanning te doen om het ook helemaal objectief te bekijken.

Hoe doe je dat?

‘Eén van de dingen is om te reflecteren als je een aanvaring hebt gehad. En daarbij ook naar jezelf te durven kijken en je vragen te stellen als: wat gebeurde er in mij, waardoor werd ik zo boos? Wat zei iemand nou precies, waar stond diegene toen?, enz. En je vervolgens dan iets voor te nemen. Feitelijk doet iedereen dat al op zijn of haar manier. Bijvoorbeeld door het verhaal thuis te vertellen of aan collega’s of door intervisie. Maar ik zou willen oproepen om daar nog meer bij stil te staan en om die reflectie meer tot vaardigheid te maken.

Door hier aan te werken, werk je aan je persoonlijk leiderschap en ‘doe’ je aan zelfmanagement. Dit sluit ook erg aan op het meerjarenbeleidsplan waarin een oproep wordt gedaan om van de Raphaëlstichting een lerende organisatie te maken en te werken aan ‘persoonlijk leiderschap’.

Waar werd je tijdens je onderzoek enthousiast over?

De symmetrie in de relatie. Bijvoorbeeld: je wilt iemand wassen. Het doel in het aankleden is dat je iemand tot zelfsturing brengt (ik noem dat dan ‘tegenwoordigheid van geest’). Als het er alleen maar om gaat dat iemand ondersteund wordt, dan ben je met aankleden klaar. Maar op de achtergrond van de zorgverlening staat: hoe kan iemand zijn leven als individu ter hand nemen? Een heel hoog doel voor jezelf, maar zeker ook voor iemand die gehandicapt is. Toch kun je voor elke handeling die je in de zorg verricht, de vraag stellen: maak ik de ander sterk? En dat sterker maken vul ik dan in met ‘tegenwoordigheid van geest’, omdat daar het ‘ik’ een belangrijke rol speelt. Om dat te kunnen moet ik het zelf inzetten. Wat ik beoog voor de ander, beoog ik ook voor mezelf. Om de ander goed te helpen moet ik ook meer bij mezelf komen, anders ben ik alleen maar mijn gewoontes aan het volgen. De routine, de protocollen.

Dat vond ik wel een vondst: in het werk kun je die gelijkwaardigheid heel sterk maken als je dit bewust wordt. Dat wat je beoogt voor de ander is hetzelfde als wat je moet inzetten.

Wat voor reacties heb je gehad?

‘Er kwamen veel positieve reacties op het ‘lekenpraatje’ dat ik aan het begin van mijn verdediging hield. Men was enthousiast dat het onderwerp zo’n aandacht heeft gekregen. Ook in de reguliere zorg begint het idee steeds meer te leven dat men de zorg als contractuele dienstverlening vanuit professionele protocollen (de uiterlijke kwaliteit dus) te eenzijdig vindt en dat er grote behoefte bestaat ook die innerlijke kant te horen. Dat is een verheugend feit; daar sluit mijn proefschrift bij aan.’


Uit het zogeheten ‘lekenpraatje’ aan het begin van de verdediging van het proefschrift:

– de reflectie van de begeleider die zichzelf ontdekt
– de beroepshouding van eerbied, openheid, nuchterheid en verantwoordelijkheid
– de intentie bij te dragen aan de individualisering van de ander
– de zelfopvoeding door de begeleider die zijn grenzen bewaakt
– de verantwoordelijkheid voor de situatie door aan te sluiten bij de werkelijkheid van dat moment’


Bernard Lievegoed leersstoel

De Bernard Lievegoed leerstoel is in 2005 ingesteld en in 2010 verlengd door de NVAZ (Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders) om het denken over kwaliteit en professionaliteit in de zorg te bevorderen en de antroposofische visie daarop in de maatschappij een grotere rol te laten spelen. De leerstoel wordt bekleed door Prof. dr. Hans Reinders.

Het onderzoek naar kwaliteit heeft al geresulteerd in het boek ‘De Kunst van het zorgen’ (van Karen Wuertz en Hans Reinders). En ook in een onderzoek dat momenteel op Breidablick gaande is over hoe de kwaliteit op een andere manier kan worden beoordeeld, namelijk dichter op de interactie en de relatie tussen bewoner en medewerker in het dagelijkse leven.


Fotografie: Jan Verweij

Overgenomen uit Kristallijn, nieuwsblad voor medewerkers en belangstellenden van de Raphaëlstichting, nummer 13 van april 2011

De schaal van Boelhouwer


Een column van Hans Reinders

Evenals de meeste Nederlanders zult u ook wel denken dat de kwaliteit van leven van een hoogleraar bovengemiddeld is. Zelf was ik althans overtuigd van het feit dat ik tot een bevoorrechte klasse behoor. Natuurlijk, ook in het privéleven van een hoogleraar kan van alles misgaan, maar qua omstandigheden hebben professoren het niet slecht getroffen. Dat dacht ik tenminste, maar dat blijkt in mijn geval dus anders te liggen.

Hoe ik hierbij kom? Wel, ik heb even de test gedaan van het Sociaal Cultureel Planbureau om mijn objectieve kwaliteit van leven te meten. Kunt u ook doen. Ga even kijken op de SCP-site (www.scp.nl/leefsituatie) en u treft daar een vragenlijst aan, die u binnen enkele minuten heeft ingevuld. Na de laatste vraag te hebben beantwoord, klikt u op de knop ‘bereken mijn leefsituatie’, waarna er een teller op uw scherm verschijnt die uw score berekent. Bij mij bleef hij staan op een schamele 102.

‘102 wat?’ beet ik mijn pc toe. Gaat het over wind dan is de meeteenheid ‘Beaufort’; bij temperatuur is het ‘Celsius’ of ‘Fahrenheit’ en bij een aardbeving ‘Richter’. Maar wat is de meeteenheid voor onze objectieve kwaliteit van leven? Is daaraan ook een naam verbonden van iemand die de standaardtest heeft bedacht? De webpagina van het SCP gaf mij geen antwoord op deze vraag. Het enige dat werd vermeld was dat ik me voor vragen kon wenden tot ene Jeroen Boelhouwer.

Mijn score van 102 bleek 3 punten lager te zijn dan die van de gemiddelde Nederlander want die bedraagt 105 op de schaal van Boelhouwer, wat volgens de SCP-site betekent dat 36% van mijn landgenoten een lagere kwaliteit van leven heeft dan ik. Op zichzelf leek me dat nog wel aanvaardbaar, tot ik me realiseerde dat maar liefst 64% in betere leefomstandigheden verkeert! Een pijnlijke gewaarwording, aangezien ik me altijd gekoesterd heb in het feit dat ‘hoogleraar’ evenals ‘rechter’ tot de top vijf behoort van maatschappelijke posities die aanzien genieten.

Wat is de verklaring voor mijn tegenvallende score van 102 ‘Boelhouwers’? ‘Het salaris van hoogleraren dat niet in verhouding staat tot het aanzien dat ze genieten,’ mopperde ik tegen mijn pc. Maar dit klopte niet want – merkwaardig genoeg – was inkomen geen item op de SCP-vragenlijst. Wat dan wel? Wel, ik heb geen eigen huis en doe ook niet aan hobby’s en sport. Tenminste niet als het gaat om activiteiten die met enige regelmaat – laten we zeggen een keer in de maand – worden ondernomen. Hier staat tegenover dat ik werk, veel en hard, maar dat blijkt niet te helpen voor mijn score want ook werk is geen item op de lijst.

Gelukkig heb ik wel een auto, een dvd-speler en een magnetron, maar die hebben andere Nederlanders kennelijk ook want die blijken ook niet het verschil te maken. Het zal dus wel gaan om het feit dat mijn leefsituatie grotendeels door ‘werk’ wordt bepaald. Wat mij betreft helemaal OK, maar zo niet in de ogen van de Boelhouwers van het SCP.

Hans Reinders

Nieuwsberichten


Frans Broekhuizen weg als bestuurder van Zonnehuizen

F.J. (Frans) Broekhuizen, arts, heeft in goed overleg met de raad van toezicht besloten zijn bestuurstaken bij Zonnehuizen per direct over te dragen aan mw. J.J.M. (Jutta) Hodapp.

Jutta Hodapp is momenteel lid van de raad van toezicht. Zij zal haar lidmaatschap tijdelijk neerleggen en de bestuurlijke verantwoordelijkheid op interim-basis op zich nemen. Achtergrond van deze bestuurswisseling is de slechte financiële situatie bij Zonnehuizen. Zonnehuizen kent over het jaar 2010 een fors negatief bedrijfsresultaat. Hierbij is duidelijk geworden dat dit niet een incidenteel tekort betreft, maar dat er structureel te veel kosten worden gemaakt. Er is een herstelplan opgesteld. Uitvoering hiervan dient Zonnehuizen weer een solide basis te geven.

Het herstelplan heeft geen negatieve gevolgen voor de uitbreidingsprojecten Genneper Parken in Eindhoven, het Hermes Huis in Bosch en Duin en Oldenhove in Loenen.

Bron: http://www.zorgmarkt.net/?m=news&f=detail&id=47674


Brasserie Keuken van Hackfort

Natuurmonumenten heeft het koetshuis op landgoed Hackfort verbouwd tot horecavoorziening. Zorginstelling Urtica de Vijfsprong vestigt hierin brasserie Keuken van Hackfort, waar Eric van Veluwe de scepter zal zwaaien. In de brasserie werken mensen met een zorgvraag. De koks van de Keuken van Hackfort werken met biologische dagverse streekproducten, waarvan een deel uit de eigen kasteelmoestuin Hof van Hackfort komt.

Een flink aantal boerderijen en andere gebouwen op landgoed Hackfort hebben de afgelopen jaren hun oorspronkelijke functie verloren. Dat was voor Natuurmonumenten, eigenaar van het landgoed, aanleiding om op zoek te gaan naar nieuwe functies en economische pijlers voor het landgoed met als doel de unieke samenhang van het landgoed behouden en zorgen voor een ‘levend’ landgoed, waar mensen kunnen genieten van natuur en cultuur. Onder de naam ‘Hackfort in beweging’ werken Natuurmonumenten en zorginstelling Urtica de Vijfsprong sinds 2004 hierin samen.

Zie ook: http://www.keukenvanhackfort.nl/


Eerste paal Kinderdagcentrum De Appelboom (Midgard)

Onder grote belangstelling werd op 31 maart op traditionele wijze (en dus met vereende krachten!) de eerste paal geslagen voor de nieuwe behuizing van De Appelboom. Naast het gebouw van het kinderdagcentrum – dat aan de rand van het terrein van Midgard zal verrijzen – komen er drie geschakelde gebouwen. Eén hiervan is een groepswoning en één wordt opgedeeld in vier appartementen. Deze zijn bedoeld voor bewoners van Midgard. In het derde gebouw komt een medewerkerswoning. Woningcorporatie Wooncompagnie tekent voor de realisatie van het project.

Bron: http://www.raphaelstichting.nl/index.php?id=287


Proeftuin Integrative Medicine

Begin maart 2011 is een Proeftuin voor Integrative Medicine van start gegaan voor patiënten met chronische gewrichtsklachten en allergie. Het doel is om tot een geïntegreerde aanpak te komen en in kaart te brengen wat de zorgconsumptie, behoeften en ervaringen zijn met complementaire zorg.

Het project loopt van 2011-2014, wordt gefinancierd vanuit subsidie van het Fonds PGO en wordt uitgevoerd door vertegenwoordigers van het Patiënten Platform Complementaire Geneeswijzen, het Van Praag Instituut, Zorgbelang Groningen en het Louis Bolk Instituut. Verder werkt het projectteam intensief samen met het Nikim, diverse zorgverzekeraars, CAM-artsen, de Reumapatiëntenbond, de Vereniging voor Allergiepatiënten en de NPCF.

De aandoeningen waarop het project zich primair richt, chronische gewrichtsaandoeningen en allergische klachten, komen veelvuldig voor bij zowel kinderen als volwassenen. Verwacht wordt dat geïntegreerde zorg, dat wil zeggen een combinatie van reguliere en complementaire zorg, tot gezondheidswinst leidt.

Bron: http://tinyurl.com/5svptrl

Nieuws van het Lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg


Positieve externe evaluatie lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg

Op 10 februari 2011 vond een externe evaluatie van het lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg aan Hogeschool Leiden plaats. Een onafhankelijke evaluatiecommissie sprak met diverse betrokkenen bij het lectoraat. Deze evaluatie heeft een positief resultaat opgeleverd. Leden van het College van Bestuur, het management van Hogeschool Leiden, stakeholders van het lectoraat, docenten, kenniskring, beleidsadviesgroep, directeur Cluster Zorg en de lector waren gesprekspartner van de evaluatiecommissie. Deze commissie was aangesteld door het College van Bestuur van Hogeschool Leiden.

De samenvatting van de bevindingen van de commissie kunt u lezen aan de hand van een zevental evaluatievragen. Het gehele evaluatierapport is te downloaden op de website van de VKO (Validatiecommissie Kwaliteitszorg Onderzoek).

Bron: http://www.hsleiden.nl/lectoraten/antroposofische-gezondheidszorg/evaluatie-ag-positief


RAAK project ‘In Verbinding’ toegekend en van start

De Stichting Innovatie Alliantie (SIA) kent jaarlijks projectgelden toe aan projecten die de kenniscirculatie tussen regionale partijen bevorderen, in het bijzonder tussen kennisinstellingen als hogescholen, het MKB en publieke instellingen. Half december 2010 werd bekend dat voor 2011-2012 aan een projectvoorstel van het Lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg financiën zijn toegekend.

In het project ‘In Verbinding’ worden in samenwerking met zorgverleners in de antroposofische zorg vier zorgprogramma’s ontwikkeld, evenals een manier om de uitvoering van zo’n zorgprogramma te monitoren. Het gaat om zorgprogramma’s voor de aanpak in de eerste lijn van depressie, hechtingsstoornissen, hooikoorts en kanker. De samenwerkingspartners in dit project zijn: vier Therapeutica, de NVAZ als bundeling van beroepsgroepen en Hogeschool Leiden, die als penvoerder optreedt.

Het doel van het project is om vernieuwende, op antroposofie gebaseerde behandelmethodes voor de eerstelijnsgezondheidszorg te ontwikkelen. Maar ook om een kennisnetwerk op te bouwen tussen onderzoekers, docenten en studenten van Hogeschool Leiden, professionals en stakeholders die zich bezighouden met zorgverlening op antroposofische grondslag.

Meegewerkt wordt door Antroposofisch Therapeuticum Leiden, Therapeuticum Aurum in Zoetermeer, Therapeuticum Calendula in Gouda en Therapeuticum Haarlem.

Bron: http://www.hsleiden.nl/lectoraten/antroposofische-gezondheidszorg/project-raak-van-start


Ontwikkeling Zorgprogramma Depressieve klachten

Het opzetten van het antroposofische zorgprogramma depressieve klachten is in volle gang. Allereerst is er contact met verschillende huisartsen geweest, die tijdens interviews vertelden welke zorg patiënten met depressieve klachten in een antroposofisch therapeuticum krijgen. Helder werd dat de NHG zorgstandaard ‘depressie’ de basis vormt voor het handelen van een antroposofisch huisarts en dat daarnaast aanvullende therapievormen ingezet worden. Vooral antroposofische medicatie, inwrijvingen en wikkels, euritmie, kunstzinnige therapie beeldend en muziek, fysiotherapie en psychosociale zorg werden genoemd.

De interviews die in samenwerking met het Werkveldteam GGZ van Hogeschool Leiden met kunstzinnig therapeuten zijn gevoerd, hebben geresulteerd in een lijst behandeldoelen en, per behandeldoel, een overzicht van behandelroutes. Op soortgelijke wijze zijn gesprekken met euritmisten gaande en zullen binnenkort gesprekken met diëtisten, verpleegkundigen, euritmietherapeuten, fysiotherapeuten, kunstzinnige muziektherapeuten en eerstelijnspsychologen volgen. Bedoeling is om tot de vaststelling van behandeldoelen te komen om zo de link tussen huisarts en therapeut te verhelderen. De meer inhoudelijke beschrijving van de behandelroutes, die tot het behandeldoel kunnen leiden, zijn vooral voor de verschillende beroepsgroepen interessant. Parallel aan deze expertinterviews wordt er in de werkgroep ‘depressie’, bestaande uit alle medewerkers van het Therapeuticum Haarlem, naar samenhang van het gehele zorgprogramma depressie gekeken. Ten slotte wordt, in samenwerking met het Therapeuticum Haarlem, gestart met het bijhouden van gegevens van patiënten met depressieve klachten om het concept zorgprogramma depressie te toetsen aan de praktijk: is de geleverde zorg effectief (minder klachten en kosten)? En meer inhoudelijk: welke zorg wordt er aan welke patiënt geleverd en met welke reden?

De fasering van het RAAK-project

Fase 1 (jan-juli 2011): conceptzorgprogramma’s maken en ontwerpregistratiesysteem.

In deze fase worden door alle partijen (onderzoekers, artsen, therapeuten en verpleegkundigen, docenten en studenten, adviseurs) optimale zorgprogramma’s ontwikkeld waarin de antroposofische diagnostiek en therapieën voor patienten met depressieve klachten, hechtingsstoornissen, hooikoorts, kanker en zo goed mogelijk tot hun recht komen. Daarnaast wordt een registratiesysteem bruikbaar voor alle vier zorgprogramma’s ontwikkeld waarin patiënten, artsen en paramedici hun gegevens kunnen registreren voor onderzoeksdoeleinden.

Fase 2 (augustus 2011-augustus 2012): toetsen concept-zorgprogramma’s en ontwerp-registratiesysteem.

In deze fase worden de zorgprogramma’s en het registratiesysteem in de praktijk geïmplementeerd in de zorgpraktijken. Op basis hiervan kan onder meer in kaart gebracht volgens welke zorgpaden patiënten behandeld worden en met welke effecten.

Fase 3 (september-december 2012): evaluatie en implementatie.

Na een jaar van praktijkonderzoek wordt de balans opgemaakt en zullen we de zorgprogramma’s en het registratiesysteem evalueren. Daar waar nodig worden ze aangepast, zodat ze in een verbeterde eindversie verder geïmplementeerd kunnen worden in de zorgpraktijk.

Bron: Nieuwsbrief In Verbinding mei 2011, zie http://www.hsleiden.nl/lectoraten/antroposofische-gezondheidszorg/nieuwsbrieven


Nieuwe medewerkers lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg

Op 1 maart heeft het lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg afscheid genomen van Drs. Annerose Kunenborg, die sinds enkele jaren als freelance arts-onderzoeker aan het lectoraat was verbonden. Sinds 1 maart en 1 mei versterken Drs. Esther Kuipers en Dr. Joop Hoekman het lectoraat als respectievelijk arts-onderzoeker en associate lector Antroposofische Gezondheidszorg.

Bron: http://www.hsleiden.nl/lectoraten/antroposofische-gezondheidszorg/nieuwe-medewerkers


Project CQI Antroposofische Gezondheidszorg

Vorig jaar is het lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg van start gegaan met de steekproeven ten behoeve van het CQI-onderzoek. Aan de hand van een nieuw ontwikkelde CQI-vragenlijst worden klantervaringen in de antroposofische gezondheidszorg in kaart worden gebracht. Helaas hebben deze steekproeven te weinig respons opgeleverd. Daarom is in maart in de meeste deelnemende huisartsenpraktijken gestart met aanvullende steekproeven.

De teller staat nu op iets meer dan 1800 ingevulde vragenlijsten, dus nog een kleine 200 te gaan! Ook doet een nieuwe praktijk mee, te weten therapeuticum Mercuur in Eindhoven. Eind april verwacht het lectoraat voldoende respons te hebben voor de analyse en rapportage. Eind juni wordt het onderzoeksrapport verwacht. Na goedkeuring door het Centrum Klantervaring Zorg zal de vragenlijst dan ter beschikking komen.

Bron: http://www.hsleiden.nl/lectoraten/antroposofische-gezondheidszorg/project-cqi


Project ‘ROM’-GGZ

Stichting Urtica-De Vijfsprong, een therapeutische werk- en leefgemeenschap te Vorden, neemt deel aan de ‘Routine Outcome Monitoring’-pilot van GGNet.

Routine Outcome Monitoring (ROM) is een methode om de resultaten van behandeling in de GGZ inzichtelijk te maken. Hierbij wordt systematisch de psychische gesteldheid van cliënten voor en na de behandeling gemeten. Het was echter nog niet mogelijk om de specifieke antroposofische aspecten van zorg te meten.

Het lectoraat Antroposofische Gezondheidszorg heeft hiervoor, in opdracht van Stichting Urtica, een aanvullende vragenlijst ontwikkeld. De vragenlijst is gebaseerd op inbreng van experts (behandelaren en zorgcoördinatoren van Stichting Urtica - De Vijfsprong en de Lievegoed Zorggroep) en baseert zich daarnaast op bestaande vragenlijsten, zoals de CQI-AG. De vragenlijst is inmiddels kleinschalig in de praktijk getest op bruikbaarheid. Momenteel wordt de vragenlijst overgedragen aan GGNet, die deze zal opnemen in de ROM-programmatuur.

Bron: http://www.hsleiden.nl/lectoraten/antroposofische-gezondheidszorg/project-rom-ggz

Opleidingen en interdisciplinaire nascholingen


Opleidings- en scholingsaanbod van het Edith Maryon College

Het Edith Maryon College (EMC) is voortvarend bezig op opleidingsgebied. Activiteiten zijn er op diverse locaties.

Op locatie Zeist begon in januari een nieuwe groep van twintig mensen aan de driejarige BBL-opleiding maatschappelijk zorg, MZ niveau 4. Ook is hier met twaalf studenten een niveau 2 opleiding (Helpende Zorg en Welzijn) voor gastouders. Dit is een verkorte opleiding (zes maanden in plaats van twee jaar). Hiermee komt het aantal van studenten in de initiële opleidingen op 187 te staan; een aantal dat nog niet eerder bereikt was!

Op het gebied van bij- en nascholing zijn er diverse trajecten. Op locatie Orion te Rotterdam, een Oriëntatiecursus antroposofische zorg en hulpverlening van negen dagdelen. De cursus richt zich op nieuwe of zich nog oriënterende medewerkers, ouders en belangstellenden.

Op locatie Zeist is door Merlijn Trouw, bestuurder OlmenEs, en Michiel ter Horst, voorzitter Iona Stichting, een tweedaagse training Theory U gegeven.

Het scholingsprogramma voor meerdere groepen van de Ita Wegman Divisie van de Lievegoed Zorggroep vindt plaats op locatie Zeist. Naast een werkbijeenkomst met de managers is er voor persoonlijk begeleiders een training geweest met het thema ‘Omgaan met moeilijk verstaanbaar gedrag’. Daarnaast zijn er twee trainingstrajecten ‘Van mensbeeld naar methodiek’ gestart.

Bron: http://www.maryoncollege.nl/nieuwsbrief/edithie_nr7.htm


Interdisciplinaire nascholing: Als een feniks uit de as, herstellen en voorkomen van burn-out

Nascholing voor artsen, psychotherapeuten, biografische coaches, verpleegkundigen, kunstzinnig therapeuten beeldend en muziek, leerkrachten en andere disciplines in gezondheidszorg, welzijn en pedagogie. Meer informatie over Als een feniks uit de as.

Data, tijd en plaats: vrijdagen 9 en 30 september 2011, 09.30-16.30 uur in Hogeschool Leiden. Inschrijven vóór 1 augustus 2011, via het inschrijfformulier

Docenten: Annejet Rumke, arts en schrijver van het boek over dit thema en Victoria Smits van Ooyen kunstzinnig therapeut beeldend.

Kosten: € 275,- inclusief koffie/thee, lunch en materiaal.

Maximum aantal deelnemers: 25.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de managementondersteuning van het cluster Zorg: 071 5188700 of: nascholing.ag-kt@hsleiden.nl

Bron: http://www.hsleiden.nl/posthbo-kt/feniks-uit-de-as


Helende beelden, zien met het hart, werken uit inzicht

Interdisciplinaire nascholing over het werken met beelden, storytelling en andere methodieken die gebruikt kunnen worden bij beeldende en muziektherapie, bij counseling, biografiegesprekken, in spel- en psychotherapie en in de pedagogie. Meer informatie over Helende beelden.

Data, tijd en plaats: vrijdagen 16 en 30 september 2011, 09.30-16.30 uur in Driebergen-Zeist.

Inschrijven vóór 16 augustus 2011 via het inschrijfformulier

Docenten: Annejet Rumke, arts/psychotherapeut, Natalie Peters, kunstzinnig therapeut beeldend en Nan van Leeuwen, muziektherapeut.

Kosten voor twee dagen: € 285,- inclusief koffie/thee, lunch en materiaal.

Maximum aantal deelnemers: 30.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de managementondersteuning van het cluster Zorg: 071 5188700 of: nascholing.ag-kt@hsleiden.nl

Bron: http://www.hsleiden.nl/posthbo-kt/helende-beelden


Start basisopleiding antroposofisch arts september 2011

De Nederlandse Vereniging van Antroposofische Artsen (NVAA) verzorgt de Opleiding Antroposofische Geneeskunde voor artsen en tandartsen. De gehele opleiding bestaat uit de Basisopleiding, de Voortgezette Opleiding en de Praktijkopleiding. De opleidingsduur bedraagt minimaal drie jaar in deeltijd. In september 2011 start de basisopleiding van deze opleiding tot antroposofisch arts.

Antroposofische geneeskunde is een aanvulling op de reguliere geneeskunde. De opleiding heeft als doel de cursist uitgebreid te laten kennismaken en oefenen met het antroposofische mensbeeld. Daarnaast leert de cursist de vele verschillende antroposofische therapieën kennen, zowel medicamenteuze als niet-medicamenteuze, zoals kunstzinnige therapie, bewegingstherapie en dergelijke.

Het zoeken naar een grotere samenhang tussen processen in de mens, en tussen de mens en zijn omgeving en de natuur krijgen hierbij veel aandacht. En wel op een manier die net zo gedegen, zorgvuldig en voorstelbaar is als de gangbare universitaire studie, en die tegelijkertijd recht doet aan hoofd èn hart.

De cursus is zo opgezet dat de deelnemer de cursus (in principe) kan combineren met een lopende praktijk.

Het certificaat ‘Antroposofisch arts’ kan verkregen worden door degene die de gehele opleiding met succes doorlopen heeft, geregistreerd is als arts of tandarts en lid is van de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Artsen.

Bron: http://www.nvaa.nl/arts_certificering.htm

Nieuwe boeken


Hans Reinders, ‘Hoera, ik ben een autist!’

Hoe kijken we naar mensen met een verstandelijke beperking en welke betekenissen worden aan hun bestaan toegekend? Dat is de vraag die de opstellen in dit boek met elkaar verbindt. De auteur neemt zijn uitgangspunt in het perspectief van Disability Studies, dat in het Nederlandse taalgebied nog vrij onbekend is. Hij zoekt hierbij bepaalde denkbeelden over 'handicap' om te kijken waarop ze berusten. De vragen die hierbij ontstaan dagen de lezer uit een stapje terug te doen en onze manieren van denken en kijken onder de loep nemen. De uitkomst blijkt telkens van groot praktisch belang te zijn. Het ethische oordeel, zo laat de auteur zien, ligt reeds besloten in de waarneming.

Hans Reinders is sinds 1995 hoogleraar ethiek aan de Vrije Universiteit van Amsterdam, waar hij sinds 2005 tevens de Bernard Lievegoed leerstoel bezet.

Zie http://www.bol.com/nl/p/nederlandse-boeken/hoera-ik-ben-een-autist-druk-1/1001004011232489/index.html


Ad Dekkers, ‘Psychotherapie van de menselijke waardigheid’

Psychotherapie staat niet alleen in dienst van het reduceren van symptomen, maar vooral van het herstellen van de menselijke waardigheid. Waardigheid steunt op een rijk en gevuld innerlijk, op een breed ontwikkeld oordeelsvermogen, op een uitgewogen daadkracht en ten slotte op een zorgvuldige bezinning op de eigen bestemming. Ad Dekkers onderzoekt in dit boek in systematisch opgebouwde oefeningen de bouwstenen voor een psychotherapie van de menselijke waardigheid. Welke interventies zijn werkzaam en waarom? En leiden zij naar het gewenste doel? De oefeningen, die ontworpen zijn voor groepsverband, leveren de bodem voor een eigen oordeelsvorming en positiebepaling in de psychotherapie. Het groepsproces wordt gebruikt om het ‘(al te) individuele’ op te tillen naar het ‘algemeen geldige’. Het boek is bestemd voor opleidingsgroepen van psychotherapeuten en verder voor alle andere opleidingsgroepen die er profijt van kunnen hebben.

Actieprijs t/m 25 juni 2011: € 38,50. Gebonden, 360 blz., € 45,50 ISBN: 9789060386576.

Zie http://tinyurl.com/6jzjdah


Adriaan Bekman, ‘Taal van de ziel. Een sociale scholingsweg voor de innerlijke wereld’

In dit boek beschrijft Adriaan Bekman een sociale scholingsweg voor de innerlijke wereld die ieder van enig goede wil kan gaan. Hij zoekt en gebruikt daarvoor een taal van de ziel die wij met elkaar kunnen delen in de organisaties waarin wij verkeren. Deze scholingsweg onderscheidt zich van andere scholingswegen omdat zij niet primair aangrijpt bij een persoonlijke meditatieve activiteit die gericht is op ‘mijzelf’, maar omdat zij aangrijpt bij het dialogische proces dat het individuele ik met anderen biografisch doormaakt. Dit proces vindt niet alleen plaats in de natuurlijke gemeenschap die ieder door geboorte cadeau krijgt, maar vooral in de georganiseerde gemeenschap waar men zelf toe besluit deel van uit te willen maken. Het gaan van deze scholingsweg heeft betekenis voor ons eigen bestaan, maar vooral voor het morele samenzijn met onze medemens.

1e druk, paperback, 192 blz. € 22,50 ISBN: 9789060386590

Zie http://www.denieuweboekerij.nl/de-taal-van-de-ziel-cd


Martin Niemeijer, Michel Gastkemper, Frans Kamps, ‘Entwicklungsstörungen bei Kindern und Jugendlichen. Medizinisch-pädagogische Begleitung und Behandlung’

Duitse vertaling van ‘Ontwikkelingsstoornissen bij kinderen. Medisch-pedagogische begeleiding en behandeling’ (zie http://www.vangorcum.nl/NL_toonBoek.asp?PublID=4033)

Kinder mit Entwicklungsproblemen und -störungen bedürfen einer Unterstützung, die eine Brücke zwischen Förderung und Therapie schlägt. Genau diesen Ansatz verfolgt das vorliegende Buch. Im ersten Teil werden die drei Sieben-Jahres-Phasen der Entwicklung des Kindes mit ihren jeweiligen Widerständen und Schwellen, die jedes Kind zu überwinden hat, dargestellt. – Methodische Aspekte der Diagnostik von Entwicklungsproblemen, ihre Beratung und Behandlung sowie ein Instrument zur Beurteilung der kindlichen Konstitution mit Therapievorschlägen machen den zweiten Teil des Buches aus. Neun Kapitel über spezifische Entwicklungsstörungen, u. a. Autismus, ADS, Bindungsstörungen, Traumatisierungen, mehrfache Entwicklungsstörungen und Epilepsie schließen das Buch ab.

Preis 26,00 €, Seiten 336, ISBN 978-3-7235-1413-9

Zie: http://vamg.ch/shop/index.php/grundelemente-der-heil-eurythmie-1.html


Michaela Glöckler en Rolf Heine, ‘The anthroposophic medical movement. Responsibility structures and modes of work’

Anthroposophic institutions are among those grappling with the special challenge of how to develop viable forms of leadership and management. The social ideal developed by Rudolf Steiner in 1923/1924 can serve as an inexhaustible source of inspiration for anyone who wants to unite the principles of spiritual guidance and leadership with those of professional responsibilities and the necessities of the workplace.

The leadership of the School of Spiritual Science is an example of a style with a heart, in which principles of individual responsibility, collegial leadership and democratic participation are combined. The authors of this book show how this Trinitarian social structure has proved its value and has developed in the anthroposophic medical movement since 1988. The latter movement has been working to develop a concept of leadership that enables ‘the peaceendowing principles of spiritual guidance and leadership to constructively complement of necessities of today’s working environment’.

Preis 10,00 €, Seiten 142, ISBN 978-3-7235-1410-8.

Zie http://vamg.ch/shop/index.php/innere-ruhe-5.html


Peter Heusser, ‘Anthroposophische Medizin und Wissenschaft. Beiträge zu einer integrativen medizinischen Anthropologie’

Peter Heusser zeigt am Beispiel der anthroposophischen Medizin, dass eine zeitgemäße, wissenschaftlich belegbare Gesamtsicht des Menschen möglich ist, die materielle und immaterielle Faktoren gleichermaßen anerkennt. Anhand von Rudolf Steiners erkenntniswissenschaftlichen Schriften und Goethes naturwissenschaftlicher Erkenntnismethode beleuchtet er Grundkonzepte der modernen Medizin und weist auf: Eine geisteswissenschaftliche Erweiterung der Naturwissenschaft ist unumgänglich. Seit Jahren mit großem Einsatz in der anthroposophischen Medizin und universitären Lehre und Forschung tätig, zeigt der Autor, wie eine in sich differenzierte, aber einheitliche medizinische Anthropologie und eine integrativmedizinische Therapieforschung im Sinne einer evidenzbasierten Medizin ausgebaut werden können, um dem berechtigten Bedürfnis der Patienten nach umfassender Betreuung gerecht zu werden. Das Buch richtet sich an alle Ärzte und Wissenschaftler, insbesondere mit Schwerpunkt Anthroposophische Medizin, Komplementärmedizin und Integrative Medizin sowie Wissenschaftstheorie und Medizingeschichte.’

Zie http://www.schattauer.de/shop/product_info.php/info/p593_Anthroposophische-Medizin-und-Wissenschaft.html


Friedwart Husemann, ‘Anthroposophische Medizin. Ein Weg zu den heilenden Kräften’

Mit diesem nun um drei Kapitel erweiterten Grundlagenwerk zur anthroposophischen Medizin legt Friedwart Husemann nach 40 Jahren ärztlicher Tätigkeit legt sein Lebenswerk vor. Anhand von Krankengeschichten werden allgemeine Erkenntnisprinzipien der anthroposophischen Medizin entwickelt und geprüft. Damit praktiziert der Autor nicht nur eine erweiterte Menschenkunde, sondern zeigt auf den unterschiedlichsten Gebieten den Weg zu einer rationellen Therapiefindung auf. Der weite Bogen der Darstellung reicht von Krankengeschichten und Arzneimittelbildern über Lebensberatung in der Hausarztpraxis, Heileurythmie, Seelischen Übungen zur Gesundheitsstärkung über methodische Leitlinien der Goetheanistischen Forschung bis zum Heilungsimpuls des Lukasevangeliums und einer Reform des Medizinstudiums heute. Eine Bereicherung für jeden Fachkollegen und eine Lesefreude für alle, denen eine anthroposophisch erweiterte Medizin am Herzen liegt. Zur Erklärung der Fachausdrücke ist ein Glossar beigefügt.

Preis 38,00 €, Seiten 392, 2., stark erweiterte Auflage, ISBN 978-3-7235-1418-4

Zie http://vamg.ch/shop/index.php/anthroposophische-medizin-2.html

Aankondigingen


Werkconferentie ‘Verder bouwen aan de Academie en het netwerk Hoger Onderwijs’

Op vrijdag 17 juni van 14.00 tot 17.00 uur (de locatie zal nog worden bekendgemaakt) zal de werkconferentie ‘Verder bouwen aan de Academie en het netwerk Hoger Onderwijs’ worden gehouden.

Doel van deze conferentie:
– bespreken van een voorstel om over te gaan tot het oprichten van een Academie voor (aanvullend) onderwijs t.b.v. de antroposofische gezondheidszorg op niveau 5 en hoger;
– lijnen vast te stellen waarlangs verder gewerkt wordt aan een netwerk hoger onderwijs met enkele erkende instellingen voor HBO en universitair onderwijs en de toekomstige Academie;
– concreet begin te maken met de inhoudelijke uitwerking van een gezamenlijke interdisciplinaire basismodule;
– aandragen van bouwstenen voor het werkplan van de op te richten Academie.

Degenen die beroepshalve geïnteresseerd zijn in deze werkconferentie, worden verzocht zich per e-mail aan te melden bij Marga Prent, secretariaat NVAZ, m.prent@nvaz.nl.

De werkconferentie wordt georganiseerd door de stuurgroep van het project ‘Opleidingen In Verbinding’: Mieke van den Goorbergh (vertegenwoordiging NVAZ-bestuur), Marinus van der Meulen (NVAZ sector Instellingen) en Truida de Raaf (opleidingenoverleg Medische Sectie AViN).

Projectleider: Maarten Michiel Mahler (tot 1 mei 2011).
Externe adviseur: Dick Keijzer.

Overige activiteiten

Hieronder treft u een overzicht aan van de activiteiten bij de NVAZ of bij één van de lidinstellingen van de NVAZ. Kijkt u in de agenda op de NVAZ-website voor aanvullende informatie.

17 juni 2011, 10.00-13.00 uur: Symposium ‘Beelden van Kwaliteit’
17 juni 2011, 14.00-17.00 uur: Conferentie ‘Opleidingen in verbinding’
3-6 augustus 2011: Congres ‘Living in the Encounter’


Bron afbeelding 13 mei 2010: http://oogwandeling.blogspot.com/2010_05_01_archive.html
Jong groen: http://oogwandeling.blogspot.com/2010/05/jong-groen.html

Vacature Onafhankelijk voorzitter (sectorberaad beroepsverenigingen NVAZ)


De beroepsverenigingen van de NVAZ zijn voor hun maandelijkse vergaderingen op zoek naar een onafhankelijk voorzitter.

De voorzitter (m/v)

– zit de vergaderingen van de sector beroepsverenigingen NVAZ voor en is verantwoordelijk voor het proces van de vergaderingen;
– wordt daarbij ondersteund door een secretaris van het bureau NVAZ.

Van de voorzitter wordt verwacht dat hij:

– onafhankelijk is en geen lid van een van de deelnemende beroepsverenigingen;
– maatschappelijk betrokken is en affiniteit heeft met de antroposofische gezondheidszorg;
– door middel van het geleide vergaderproces er zorg voor draagt dat het sectoroverleg tot afgewogen overwegingen, strategieën en besluiten komt;
– boven de partijen staat.

Vergoeding op basis van onkosten, n.t.b.

Na een jaar voorzitterschap vindt een wederzijdse evaluatie plaats. Afhankelijk van deze evaluatie wordt bezien of contractverlenging dan voor twee jaar kan zijn en vervolgens tweejaarlijks wordt vervolgd op grond van wederzijdse evaluatie. Inhoudelijk zal er een jaarlijkse wederzijdse evaluatie plaats vinden.

Geïnteresseerden kunnen contact opnemen met mevr. W. Verboom, verenigingssecretaris NVAZ, (030) 69 45 544 of w.verboom@nvaz.nl


Bron afbeelding: http://oogwandeling.blogspot.com/2010/05/tweede-pinksterdag.html
 
Site Meter